Algemene voorwaarden

Hotel Das Sonnbichl & Pension Der Steinbock

De algemene regels van het hotelwezen van 2006 zijn van toepassing
met uitzondering van de annuleringsvoorwaarden

§ 1 Toepassingsgebied 1.1 Deze Algemene Voorwaarden voor het Hotelbedrijf (hierna “AGBH 2006”) vervangen de vorige ÖHVB in de versie van 23 september 1981. 1.2 De AGBH 2006 sluiten bijzondere overeenkomsten niet uit. De AGBH 2006 zijn ondergeschikt aan in detail gemaakte afspraken.

§ 2 Definities 2.1 Definities van termen: “Gastheer”: een natuurlijke of rechtspersoon die gasten tegen betaling onderdak biedt. “Gast”: Is een natuurlijke persoon die gebruik maakt van accommodatie. In de regel is de gast ook de contractuele partner. De personen die samen met de contractpartner aankomen (bijv. familieleden, vrienden, enz.) worden ook als gasten beschouwd. “Partij”: een natuurlijke of rechtspersoon, binnenlands of buitenlands, die als gast of namens een gast een logiescontract aangaat. “Consument” en “Ondernemer”: Deze termen moeten worden opgevat in de zin van de Consumer Protection Act 1979, zoals gewijzigd. “Accommodatieovereenkomst”: Is de tussen de logiesverlener en de contractant gesloten overeenkomst, waarvan de inhoud hieronder nader wordt geregeld.

§ 3 Sluiting van het contract – aanbetaling 3.1 De verblijfsovereenkomst komt tot stand door aanvaarding van de bestelling van de contractant door de herbergier. Elektronische aangiften worden geacht te zijn ontvangen indien degene voor wie zij bestemd zijn, deze onder normale omstandigheden kan ophalen en de ontvangst plaatsvindt tijdens de aangekondigde kantooruren van de herbergier. 3.2 De herbergier heeft het recht de verblijfsovereenkomst te sluiten op voorwaarde dat de contractant een aanbetaling doet. In dit geval is de herbergier verplicht de partij op de hoogte te stellen van de vereiste aanbetaling, voordat hij de schriftelijke of mondelinge bestelling van de partij aanvaardt. Gaat de contractant akkoord met de aanbetaling (schriftelijk of mondeling), dan komt de verblijfsovereenkomst tot stand na ontvangst door de herbergier van de akkoordverklaring over de betaling van de aanbetaling van de contractant. 3.3 De contractant is verplicht de aanbetaling uiterlijk 7 dagen (ontvangen) voor de accommodatie te voldoen. De kosten van de geldtransactie (bv. overschrijvingskosten) komen ten laste van de contractant. Voor krediet- en debetkaarten gelden de respectieve voorwaarden van de kaartmaatschappijen. 3.4 De aanbetaling is een gedeeltelijke betaling van de overeengekomen vergoeding.

§ 4 Begin en einde van het verblijf 4.1 De contractant kan de gehuurde kamers vanaf 16.00 uur op de overeengekomen dag (“dag van aankomst”) betrekken, tenzij de herbergier een ander tijdstip voorstelt. 4.2 Indien een kamer voor het eerst vóór 6.00 uur wordt betrokken, geldt de voorafgaande nacht als eerste overnachting. 4.3 De gehuurde kamers moeten op de dag van vertrek vóór 12.00 uur door de contractant worden ontruimd. De logiesverlener heeft het recht een extra dag in rekening te brengen indien de gehuurde kamers niet tijdig worden verlaten.

§ 6 Terbeschikkingstelling van vervangende huisvesting 6.1 De herbergier kan de contractant of de gasten een passende vervangende accommodatie (van dezelfde kwaliteit) ter beschikking stellen, indien dit voor de contractant redelijk is, in het bijzonder indien de afwijking gering en objectief gerechtvaardigd is. 6.2 Er wordt een objectieve rechtvaardiging gegeven, bijvoorbeeld als de kamer(s) onbruikbaar is (zijn) geworden, reeds gehuisveste gasten hun verblijf verlengen, er een overboeking is of andere belangrijke operationele maatregelen deze stap noodzakelijk maken. 6.3 Eventuele extra kosten voor de vervangende accommodatie zijn voor rekening van de herbergier.

§ 7 Rechten van de contractant 7.1 Door het sluiten van een logiesovereenkomst verwerft de contractant het recht op het gebruikelijke gebruik van de gehuurde kamers, de voorzieningen van het logiesbedrijf die gewoonlijk en zonder bijzondere voorwaarden voor de gasten toegankelijk zijn, en de gebruikelijke dienstverlening. De contractant oefent zijn rechten uit in overeenstemming met de eventuele richtlijnen van het hotel en/of de gasten (huisregels).

§ 8 Plichten van de contractpartner 8.1 De contractant is verplicht de overeengekomen vergoeding plus eventuele extra bedragen die zijn ontstaan door afzonderlijk gebruik van diensten door de contractant en/of de gasten die de contractant vergezellen plus de wettelijke BTW uiterlijk op het tijdstip van vertrek te voldoen. 8.2 De herbergier is niet verplicht vreemde valuta te accepteren. Indien de accommodatieverschaffer buitenlandse valuta accepteert, worden deze, indien mogelijk, tegen de dagelijkse wisselkoers als betaling geaccepteerd. Indien de herbergier vreemde valuta of girale betaalmiddelen aanvaardt, draagt de contractant alle daaraan verbonden kosten, zoals navraag bij creditcardmaatschappijen, telegrammen enz. 8.3 De contractant is tegenover de herbergier aansprakelijk voor alle schade die door de contractant, de gast of andere personen die met medeweten of met de wil van de contractant diensten van de herbergier aannemen, veroorzaakt wordt.

§ 9 Rechten van de eigenaar 9.1 Weigert de contractant de overeengekomen vergoeding te betalen of is hij daarmee in gebreke, dan komt de herbergier het wettelijke retentierecht volgens § 970c ABGB alsmede het wettelijke pandrecht volgens § 1101 ABGB op de door de contractant of de gast meegebrachte voorwerpen toe. De herbergier heeft bovendien dit recht van retentie of pandrecht tot zekerheid van zijn uit de verblijfsovereenkomst voortvloeiende vordering, in het bijzonder voor catering, andere voor de contractant gemaakte kosten en voor eventuele schadeclaims van welke aard dan ook. 9.2 Indien de dienst in de zaal van de partij of op ongebruikelijke tijden van de dag (na 20.00 uur en voor 6.00 uur) wordt aangevraagd, heeft de herbergier het recht hiervoor een speciale vergoeding in rekening te brengen. Deze toeslag moet echter worden vermeld op het tariefbord van de kamer. De logiesverstrekker kan deze diensten verlenen ook weigeren om operationele redenen. 9.3 De herbergier heeft te allen tijde het recht zijn diensten te factureren of tussentijds te factureren.

§ 10 Taken van de eigenaar 10.1 De herbergier is verplicht de overeengekomen diensten te leveren in een mate die overeenkomt met zijn standaard. 10.2 Bijzondere diensten van de herbergier die een onderscheiding vereisen en die niet in de accommodatieprijs zijn inbegrepen, zijn exemplarisch: a) Speciale accommodatiediensten die afzonderlijk in rekening kunnen worden gebracht, zoals het ter beschikking stellen van lounges, sauna, overdekt zwembad, solarium, garages, enz; b) Voor het verstrekken van extra bedden of kinderbedden wordt een gereduceerde prijs in rekening gebracht.

§ 11 Aansprakelijkheid van de herbergier voor schade aan zaken die in de woning zijn gebracht 11.1 De herbergier is volgens § 970 e.v. ABGB aansprakelijk voor de door de contractant ingebrachte voorwerpen. De herbergier is slechts aansprakelijk indien de voorwerpen aan de herbergier of de door de herbergier bevoegde personen werden overhandigd of naar een door de herbergier aangewezen of geïnstrueerde plaats werden gebracht. Indien de herbergier het bewijs niet kan leveren, is de herbergier aansprakelijk voor zijn eigen schuld of de schuld van zijn personeel en van de personen die vertrekken en aankomen. Overeenkomstig § 970 lid 1 ABGB is de logiesverlener ten hoogste aansprakelijk tot het bedrag dat is vastgesteld in de wet van 16 november 1921 betreffende de aansprakelijkheid van herbergiers en andere ondernemers, zoals van tijd tot tijd gewijzigd. Indien de contractant of de gast niet onmiddellijk gehoor geeft aan het verzoek van de herbergier om zijn bezittingen in een speciale bergplaats onder te brengen, is de herbergier van zijn aansprakelijkheid ontslagen. Het bedrag van de eventuele aansprakelijkheid van de logiesverlener is beperkt tot maximaal het bedrag van de aansprakelijkheidsverzekering van de desbetreffende logiesverlener. Elke fout van de contractpartner of de gast wordt in aanmerking genomen. 11.2 De herbergier is niet aansprakelijk voor lichte nalatigheid. Indien de contractpartner een ondernemer is, is ook aansprakelijkheid voor grove nalatigheid uitgesloten. In dit geval draagt de contractpartner de bewijslast voor het bestaan van schuld. Gevolgschade, indirecte schade en winstderving worden in geen geval vergoed. 11.3 De herbergier is slechts aansprakelijk voor kostbaarheden, geld en waardepapieren tot het huidige bedrag van 550 euro. De logiesverlener is alleen aansprakelijk voor verdere schade indien hij deze zaken in bewaring heeft genomen met kennis van hun toestand of indien de schade door hemzelf of een van zijn medewerkers is veroorzaakt. De beperking van de aansprakelijkheid overeenkomstig 12.1 en 12.2 is van overeenkomstige toepassing. 11.4 De herbergier kan de bewaring van kostbaarheden, geld en waardepapieren weigeren, indien deze aanzienlijk meer waard zijn dan gasten van het betreffende logiesbedrijf gewoonlijk in bewaring geven. 11.5 In elk geval van veronderstelde bewaring is de aansprakelijkheid uitgesloten, indien de contractant en/of de gast de herbergier niet onmiddellijk na kennisname van de ontstane schade op de hoogte stelt. Bovendien moeten deze vorderingen in rechte worden ingesteld binnen drie jaar na kennis of mogelijke kennisneming door de contractpartner of de gast; anders vervalt het recht.

§ 12 Beperking van aansprakelijkheid 12.1 Indien de contractant een consument is, is de herbergier niet aansprakelijk voor lichte nalatigheid, met uitzondering van persoonlijk letsel. 12.2 Indien de contractant een ondernemer is, is de aansprakelijkheid van de ondernemer voor lichte en grove nalatigheid uitgesloten. In dit geval draagt de contractpartner de bewijslast voor het bestaan van schuld. Gevolgschade, immateriële schade of indirecte schade alsmede gederfde winst zijn niet vervangen. De te vergoeden schade is in elk geval beperkt tot het bedrag van de trustrente.

§ 13 Veeteelt 13.1 Dieren mogen alleen met voorafgaande toestemming van de herbergier en eventueel tegen een speciale vergoeding in het logiesverblijf worden binnengebracht. 13.2 De contractant die een dier meeneemt, is verplicht dit dier tijdens zijn verblijf naar behoren te houden of onder toezicht te stellen van geschikte derden op zijn kosten. 13.3 De contractant of de gast die een dier meeneemt, moet beschikken over een passende dierenaansprakelijkheidsverzekering of een particuliere aansprakelijkheidsverzekering die ook eventuele schade door dieren dekt. Het bewijs van de desbetreffende verzekering moet op verzoek van de logiesverstrekker worden overgelegd. 13.4 De contractant of zijn verzekeraar is tegenover de herbergier hoofdelijk aansprakelijk voor alle schade die door meegebrachte dieren wordt veroorzaakt. De schade omvat in het bijzonder ook die vergoedingen van de herbergier die de herbergier verplicht is aan derden te verstrekken. 13.5 Dieren zijn niet toegestaan in de lounges, sociale ruimten, restaurantruimten en wellnessruimten.

§ 14 Uitbreiding van de huisvesting 14.1 De contractant heeft geen recht op verlenging van zijn verblijf. Indien de contractant tijdig te kennen geeft het verblijf te willen verlengen, kan de herbergier met de verlenging van de verblijfsovereenkomst instemmen. De accommodatieverschaffer is hiertoe niet verplicht. 14.2 Indien de contractant het logiesverblijf op de dag van vertrek niet kan verlaten omdat alle vertrekmogelijkheden door onvoorziene buitengewone omstandigheden (bijv. extreme sneeuwval, overstromingen, enz.) geblokkeerd of onbruikbaar zijn, wordt de logiesovereenkomst automatisch verlengd voor de duur van de onmogelijkheid tot vertrek. Een vermindering van de vergoeding voor deze periode is alleen mogelijk indien de contractant door de buitengewone weersomstandigheden niet volledig gebruik kan maken van de door de accommodatie geboden diensten. De accommodatieverschaffer heeft het recht om ten minste de vergoeding te eisen die overeenkomt met de prijs die gewoonlijk in het laagseizoen wordt gevraagd.

§ 15 Beëindiging van de huisvestingsovereenkomst – Vervroegde beëindiging 15.1 Is de verblijfsovereenkomst voor bepaalde tijd gesloten, dan eindigt deze door het verstrijken van de tijd. 15.2 Indien de contractant voortijdig vertrekt, heeft de herbergier het recht de volledige overeengekomen vergoeding te eisen. De logiesverlener brengt in mindering wat hij bespaart door geen gebruik te maken van zijn dienstenaanbod of wat hij heeft ontvangen door de bestelde kamers aan anderen te verhuren. Er is slechts sprake van een besparing indien het logiesverstrekkend bedrijf op het tijdstip van de niet-bezetting van de door de gast bestelde ruimten volledig bezet is en de ruimten door de annulering van de contractant aan andere gasten kunnen worden verhuurd. De bewijslast voor de besparingen rust op de contractant. 15.3 Door het overlijden van de gast eindigt het contract met de herbergier. 15.4 Indien de verblijfsovereenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten, kunnen de contractanten de overeenkomst opzeggen tot 10.00 uur van de derde dag voor het beoogde einde van de overeenkomst. 15.5 De herbergier heeft het recht de verblijfsovereenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen wegens een gegronde reden, in het bijzonder wanneer de contractant of de gast a) het pand aanzienlijk nadelig gebruikt of door zijn onattent, beledigend of anderszins grof onbehoorlijk gedrag het samenleven onaangenaam maakt voor de andere gasten, de eigenaar, zijn personeel of derden die in het logiesverblijf verblijven of zich jegens deze personen schuldig maakt aan een strafbaar feit dat tegen de eigendom, de goede zeden of de fysieke veiligheid indruist; b) wordt getroffen door een besmettelijke ziekte of een ziekte die de duur van het verblijf overschrijdt, of anderszins hulpbehoevend wordt; c) de ingediende facturen op de vervaldag niet binnen een redelijk gestelde termijn (3 dagen) betaalt. 15.6 Indien de uitvoering van de overeenkomst door een als overmacht te beschouwen gebeurtenis (bijv. overmacht, staking, uitsluiting, overheidsbesluiten enz.) onmogelijk wordt, kan de herbergier de verblijfsovereenkomst te allen tijde zonder inachtneming van een opzeggingstermijn opzeggen, tenzij de overeenkomst reeds van rechtswege opgezegd is of de herbergier van zijn verblijfsverplichting ontslagen is. is vrijgesteld. Schadeclaims e.d. van de contractpartner zijn uitgesloten.

§ 16 Ziekte of overlijden van de gast 16.1 Wordt een gast tijdens zijn verblijf in de herbergier ziek, dan zorgt de herbergier op verzoek van de gast voor medische verzorging. In geval van dreigend gevaar zorgt de logiesverlener ook zonder speciaal verzoek van de gast voor medische verzorging, met name indien dit noodzakelijk is en de gast hiertoe zelf niet in staat is. 16.2 Zolang de gast niet in staat is om beslissingen te nemen of de familieleden van de gast niet bereikbaar zijn, zorgt de herbergier op kosten van de gast voor een medische behandeling. De reikwijdte van deze zorgmaatregelen eindigt echter op het moment dat de gast zelf kan beslissen of de familieleden van het ziektegeval in kennis zijn gesteld. 16.3 De herbergier heeft recht op schadevergoeding van de contractant en de gast of, in geval van overlijden, van hun rechtsopvolgers: a) openstaande medische kosten, kosten voor ambulancevervoer, geneesmiddelen en geneesmiddelen b) noodzakelijk geworden ontsmetting van de ruimte, (c) onbruikbaar geworden linnengoed, beddengoed en beddegoed, anders voor de ontsmetting of grondige reiniging van al deze zaken, d) herstel van muren, meubilair, tapijten, enz. voor zover deze in verband met de ziekte of het overlijden zijn besmet of beschadigd, e) Kamerhuur, voor zover de kamer door de gast werd bezet, vermeerderd met eventuele dagen van onbruikbaarheid van de kamers wegens ontsmetting, ontruiming of dergelijke, f) alle andere door de logiesverlener geleden schade.

§ 17 Plaats van uitvoering, plaats van bevoegdheid en rechtskeuze 17.1 De plaats van uitvoering is de plaats waar het logiesverstrekkende bedrijf is gevestigd. 17.2 Deze overeenkomst is onderworpen aan het Oostenrijkse formele en materiële recht, met uitsluiting van de regels van het internationale privaatrecht (met name IPRG en EVÜ) en het VN-Verdrag inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken. 17.3 De exclusieve bevoegde rechtbank voor bilaterale handelstransacties is de maatschappelijke zetel van de herbergier, waarbij de herbergier ook gerechtigd is zijn rechten bij elke andere plaatselijke en bevoegde rechtbank te doen gelden. 17.4 Indien de verblijfsovereenkomst is gesloten met een contractant die consument is en zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in Oostenrijk heeft, kunnen vorderingen tegen de consument uitsluitend worden ingesteld in zijn woonplaats, gewone verblijfplaats of plaats van tewerkstelling. 17.5 Indien de verblijfsovereenkomst is gesloten met een contractant die een consument is en die zijn woonplaats heeft in een lidstaat van de Europese Unie (met uitzondering van Oostenrijk), IJsland, Noorwegen of Zwitserland, is de voor de woonplaats van de consument bevoegde rechter exclusief bevoegd voor vorderingen tegen de consument.

§ 18 Diversen 18.1 Tenzij bovenstaande bepalingen anders bepalen, begint de termijn te lopen bij de overhandiging van het stuk waarin de termijn is vastgesteld aan de contractanten, die de termijn in acht moeten nemen. Bij de berekening van een in dagen bepaalde termijn wordt de dag waarop het tijdstip of de gebeurtenis valt volgens welke het begin van de termijn moet worden bepaald, niet meegerekend. In weken of maanden bepaalde termijnen verwijzen naar die dag van de week of de maand die door zijn benaming of nummer overeenstemt met de dag vanaf welke de termijn moet worden gerekend. Als deze dag in de maand ontbreekt, is de laatste dag in deze maand bepalend. 18.2 De verklaringen moeten op de laatste dag van de periode (middernacht) door de respectieve andere overeenkomstsluitende partij zijn ontvangen. 18.3 De herbergier is gerechtigd vorderingen van de contractant met zijn eigen vorderingen te verrekenen. De partij is niet gerechtigd haar eigen vorderingen te verrekenen met vorderingen van de herbergier, tenzij de herbergier insolvent is of de vordering van de partij door een rechtbank is vastgesteld of door de herbergier is erkend. 18.4 In geval van lacunes zijn de desbetreffende wettelijke bepalingen van toepassing.